woensdag 4 maart 2015

Dag mevrouw Zevenstaart

                                  Zit even in de kelder
De kelderman slaapt zijn roes uit. En ik zit met een houten kop in de kelder. Even hout zijn bij het hout van de kelder geeft me een groepsgevoel. En het licht is hier gedempt. Dat doet mijn kop en het alleen zijn even goed. Was gisteren zó een mooi feest. Zoveel liefde en warmte en eten. Dat ik nu even in de kelder zit om even mijzelf te zoeken en te schrijven. Van het schrijven komt niet veel over de brug. Dat voel ik. Is te stil in mij. Ben nog te veel in het park van het feest. De gloed is nog te veel in mij. Ze speld me tussen de regels die ik schrijf, in een adem van ruimte zonder woorden. De bomen, de zon, het gras. Het water. Verloren droomballonnen. En de adem van het leven dat me lief is, Mevrouw Zevenstaart. En al zit ik in de kelder met een houten hoofd. De liefde blijft. Voel het aan mijn tenen. Ze krullen zich van levenslust.

Wat een leven!

                            Dag Mevrouw Zevenstaart,

                                                     Meneertje Pêdon


Geen opmerkingen:

Een reactie posten